Title: Tom Waits: "Alle Mensen Waar Ik Van Hou Zijn Gek Of Ziek Of Dood" Source: HUMO magazine (Belgium) June 10, 1976 by Marc Didden. Reprinted in "Verzamelde Interviews" HUMO magazine special, 1981 (Belgium) by Marc Didden. Transcription by Dirk van Audenrode as sent to Dutch Dogs Yahoo discussionlist. April 14, 2001 Date: Beursschouwburg, Brussels/ Belgium. May, 1976 Keywords: recognition, Herb Cohen, Tim Buckley, musical influences |
Accompanying pictures |
First page of 2, with Asylum promo picture from ca, 1975. Credits: photography by Matt Kramer. Thanks to Henk Tack from Belgium for providing article |
Tom Waits: "Alle Mensen Waar Ik Van Hou Zijn Gek Of Ziek Of Dood"
"Weten jullie wat fast-food chains zijn? Hebben jullie die hier? Fast-food chains zijn Amerikaanse Eethuizen die uitgebaat worden door grote concerns en die je over heel Amerika terugvindt. Je kan er voor een prik eten. Een dag later word je dan wakker met genoeg gas in je buik om onmiddellijk een Shell-Station te kunnen bevoorraden. Of kennen jullie die van dat meisje dat zo dikwijls getrouwd was geweest dat haar gezicht vol rijst-littekens stond?"
Als je je ogen sluit is het alsof je naar Lenny Bruce's Berkeley Concert aan 't luisteren bent. Maar dit is 1976, de laatste dag van mei(1), en we zitten in de Beursschouwburg van Brussel. Op het podium staat een ouwe jonge man met een petje tussen drie jazz-muzikanten, zijn ziel te ontbloten. Geen Vlaamse Schaamte. Waits noemt de dingen bij hun naam en verpakt zijn gevoelens niet in de goedkope metaforen die in deze streken vaak nog voor goeie teksten doorgaan. Als hij het over vrouwen heeft, heeft hij het over vrouwen. En als hij het over wagens heeft, lardeert hij zijn songs met jongensachtige "Brr, brr" geluiden. Hij levert zelf de soundtrack bij zijn woorden, en vertelt dat ie nog nooit een wagen heeft getroffen die van hem houdt. Al houdt hij wel van h�n. In zijn zelfgeschreven biografie die zijn platenfirma ter gelegenheid van zijn Europees bezoek rondgestrooid heeft laat ie weten dat hij in tegenstelling tot de gangbare gewoonte, niet van plan is binnenkort �n vrouw en zes kinderen te bezitten en dan ergens in een hutje van Kentucky onbespoten sla te gaan kultiveren. Hij wil in en om de stad blijven wonen, omdat ie er van houdt, en omdat, als er nog iemand moet blijven wonen, hij zich daarvoor wel kandidaat wil stellen. Zijn konsert in de Beurs is een staaltje van onder een diepe laag menselijkheid weggeborgen vakmanschap. Zowel de opbouw van zijn ruim twee uur durend optreden, als elk individueel onderdeel van die show staat als een huis. Nergens zitten muzikale of tekstuele dieptepunten. Waits begint nooit zomaar wat te lullen, al geeft hij wel permanent de indruk dat hij dat wel doet. Iets wat hij gemeen heeft met de allegrootsten, en wat hem onderscheidt van de zeurders, de moralisten. Zijn kunst is die van de gestruktureerde chaos. Van de ordeloze orde. Van het doen alsof, terwijl je het DOET. Na zijn door een schitterend publiek dankbaar aanvaarde optreden (Waits werd drie keer teruggeroepen) vinden wij hem zeer moe, maar gelukkig, met een flesje warme geuze in de hand, op een kruk. (" Backstage, I"m Lonely ", zong Gene Pitney, vroeger). Waits is in vaag gesprek me een meisje uit het publiek dat echter iets te stoned is om uit haar woorden te komen. Ze zegt dat ze caf� drijft in Gent, met haar vriend. "We do it together ", zegt ze. Ze bedoelt het caf�. Waits lacht, "Yes, you SHOULD do it together", grapt hij. "It"s much more fun that to do it alone". (Meisje af).
-Hoe vond je 't vanavond ?
Tom Waits: Geweldig. Weet je, ik kan een goed optreden van een slecht onderscheiden, en vanavond was het hier een goed. Donderdag, in Amsterdam(2), was het niks, en daarom was ik bang dat het hier ook nog zou tegenvallen. Ze hadden me verteld dat de mensen hier zo goed als geen Engels verstonden, nou, dat is zwaar meegevallen. Ik had de indruk dat iedereen precies wist waar het mij om te doen was. De mensen lachten precies wanneer ik iets om te lachen zei, en ze waren stil als ik dat ook beter vond. Ze reageerden ook prachtig op fysieke tekens, zoals toen ik bij het begin van het tweede deel het podium even kwam schoonvegen met een borstel die ik uit de koelissen had meegepikt. Dat was een soort ge�mproviseerde ontspanningsfaktor die ik nodig had om tot de volgende song, "Fever", te komen. Ik voelde dat de mensen zo vrolijk terug van de bar kwamen gelopen dat ik ze onmogelijk meteen zo'n koortsachtig nummer kon serveren. Daarom die borstel dus. Ter plaatse uitgevonden.
-Ga je dat in je show bewaren ?
Waits: Ik denk van wel, ja. Ik vind bijna iedere avond iets. En als het goed overkomt, houd ik het aan. Dat doet iedereen, denk ik, maar voor mij is het dubbel nodig. Ik heb de neiging om nogal "Wordy" (Letterlijk : woordelijk) te zijn, het publiek te verzuipen in mijn woordenstroom en daarom is het belangrijk dat ik er enige akties bij betrek.
-Wanneer is die woordenstroom kabareteske afmetingen gaan aannemen ?
Waits : Nou, dat is heel geleidelijk aan gebeurd. Ik heb helemaal niet gezegd "Nu ga ik met conf�rences beginnen" of zo. Ik ben langzaamaan de verhalen die ik als introduktie tot mijn songs vertel zo gaan uitbreiden dat ik vond dat ze nog maar alleen draaglijk werden als er een muziek-begeleiding tegenaan zat en door die muziek in mijn rug te voelen ben ik mijn teksten dan ook op een rhytmische manier gaan zeggen, zodat ik op een heel onbwuste manier gekomen ben tot de kollektie songs die op "Nighthawks at the Diner" staan. Ik noem dat gewoon songs met teveel woorden. Maar ik vindt dat g��n reden om ze niet te brengen. Ook hier in Europa niet. Al zing ik hier aanzienlijk meer melodische songs. Omdat ik dus de mensen toch niet wil doodpraten met mijn verhalen. Ik neem aan dat ze voor de muziek komen. Al leken hier een behoorlijk aantal figuren te zitten die mijn platen kennen. Zelfs in de States krijg ik zelden herkenningsapplaus, hier was dat bijna het geval bij elk nummer. En ik kreeg ook verzoekjes. Nou, da's te mooi om ze niet te voldoen, al brengt het de volgorde van de show wel een beetje in de war. De mensen zijn prachtig hier. Kijk ze daar staan bij de bar. Dat vind ik prachtig dat de mensen na de show nog een uur of wat in een teater blijven rondhangen. Napraten of gewoon maar hijsen. Dat zou overal moeten kunnen. Maar bij ons lazeren ze de mensen op straat na de voorstelling. Onlangs sneden ze tijdens een optreden van mij, in Lincoln Center, New York, zelfs de stroom af omdat het 11 uur was, en dan moeten de technici van hun vakbond naar huis. Jezus, als je met zo'n dingen rekening moet houden als je muziek maakt.
-Wij weten erg weinig van Tom Waits v��r "Closing Time", je eerste lp.
Waits : Daar is eigenlijk ook niet zoveel over te weten. Ik was de prototypische klusjesman. Ik aanvaardde elke rotjob die je je kan indenken. Ik heb gewerkt in L.A., San Di�go, Sacramento, Podesto, San Yaldro, Frisco. Ik was taxichauffeur, routier, hamburgerventer, ik ben ook brandweerman geweest, en drankslijter en nachtwaker en loodgieter en bordenwasser. jobs, weet je, J-O-B-S. teveel om op te noemen. Ik heb ze uiteindelijk allemaal opgegeven omdat ik mijn bordenwassen begon te verwaarlozen. Ja, ik heb 7 of 8 jobs laten vallen om me beter op bordenwassen te kunnen koncentreren.
-En toen werd je plotseling ontdekt ?
Waits : Mijn oren! Ik heb met mijn eerste kollektie songs maanden in de luguberste koffietenten geleurd tot eindelijk Herb Cohen binnenstapte, dat is de manager van Zappa, weet je, zo'n vent. Je zou 'm es moeten ontmoeten.
-Ik denk dat ik hem al eens gezien heb, toen hij hier was met Tim Buckley.
Waits : Dat zou kunnen kloppen, ja, want die managed hij ook. (Kijkt plotseling omhoog, zwerkwaarts). Ja, ik weet het, ik zou de verleden tijd moeten gebruiken als ik het over Timmy heb, maar ik kan het nog nauwelijks geloven. (Krijgt warempel de krop in de keel). Tim Buckley is dood, verdomme. Alle mensen die ik bewonder, alle mensen van wie ik hou zijn gek, ziek of dood.
-Van wie hou je ?
Waits : Van Herb Cohen, dus. Want die heeft me toen uit de stront gehaald. En me een dollar gegeven voor sigaretten. Ik mocht de rest houden. En hij gaf me een Greyhound-busticket naar huis. En een songkontrakt. Dat hield in dat ik eigenlijk dagelijks een aantal potenti�le hits uit mijn masjiene moest rammen, maar Herb kende mij tegen die tijd zo goed dat hij me gewoon mijn zin liet doen. Hij gaf me dat kontrakt omdat hij me van de straat wilde hebben. Maar in feite wilde hij mijn "talent" (lacht hartelijk) laten openbloeien. En zo is ie nog. Hij pusht me helemaal niet. Terwijl de mensen van de plantenfirma maar willen dat ik mijn image en mijn repertoire zou bijschaven tot ik voor het middenstand-publiek akseptabel ben geworden. Maar daar kunnen ze naar fluiten. Waits doet zijn zin. En met hem een paar anderen. Zoals Tim Buckley zaliger, Captain Beefheart, Frank Zappa en Jeff Symmons. Dat zijn mensen waarvoor ik door het vuur wil lopen. Ken je Jeff Symmons ?
-Ik ken zijn lp "Lucille has messed my mind up".
Waits : Nou, dat is juist een plaat waar hijzelf het lopende s***t aan heeft. Maar dat mag je niet beletten ze in huis te houden. Al was het maar om het stof van de draaitafel te houden. Haal nog es twee geuzen. dan vertel ik voort. Over mijn songschrijvers kontrakt. Want dat is toch wel het lulligste wat ze een mens kunnen aanbieden. Weet je, ik dacht daar dikwijls aan als ik bij de bushalte stond op weg naar mijn werk. Ik speelde dan een spelletje : ik vroeg me af wat al die mensen die daar met mij aan de halte stonden straks zouden gaan doen op hun werk. De ene zag er uit alsof ie straks de hele dagen formulieren zou bij mekaar nieten, en de andere was duidelijk een pompbediende of zo. En toen dacht ik bij mezelf : Waits, jongen, verdorie, en jij bent een songwriter. Jij gaat straks songs schrijven, terwijl al die anderen gewoon gaan werken. Wat natuurlijk onzin was, want ik kan men niks afstompenders inbeelden dan aan de lopende band hits trachten te fabriceren. Ik heb het dan ook niet bijster lang volgehouden. Ik zat daar maar en luisterde naar mijn favorieten.
-Te weten ?
Waits : Reverend Gary Davies, Mississippi John Hurt, Charles Bukowski, Jack Kerouac, George en Ira Gershwin, Jerome Kern, John Mercer, Johnny Carson, Hoagey Carmichael, Cole Porter, Clarence Frogman Henry, Emie K-Doe, James Brown, Heuy P. Smith, Professor Longhair, Doctor John, Oscar Brown, Junior Walker, Louis Prima, Julie London, Peggy Lee. Chuck E. Weiss, Michael C. Ford, Manda McNair, Bessie Smith, Hubert Selby Jr., Nelson Eddy, Paul Rodgers, Mark Twain, en ze waren hier allemaal vanavond. Ik heb gevraagd of ze al die mensen een vrijkaart wilden geven. En ze zijn ook allemaal gekomen. En ik vond het fantastisch van ze terug te zien. Ik heb het al gezegd : alle mensen die ik ken voelen zich niet goed.
-Is dat toevallig ?
Waits : Toevallig ?
-Zoek je ze op, bedoel ik ?
Waits : Nee, jongen, ik heb gewoon nooit geluk. Tegen de tijd dat ik iemand durf aan te spreken is ie meestal dood.
-Er zaten weinig "modernen" in je favorietenlijstje ?
Waits : Mensen van nu, bedoel je ? Nou, dat klopt. Ik vind ook weinig muziek van nu zeer goed. Ik hou van Randy Newman en van Loudon Wainwright, en dat is het zo wat. Al heb ik de laatste lp van Loudon nog niet gehoord. Ik heb er wel een idee van, want ik heb al een T-shirt gezien met reklame op voor die plaat. En wat ie over New York zegt, daar kan ik ook inkomen. New York stinkt, zegt ie, maar dat is er tenminste niet vervelend.
-Met die wetenschap in het achterhoofd houden wij het hier ook vol.
Waits : Ik vind het hier best. Ik ken hier natuurlijk helemaal niets of niemand, maar mijn verblijf hier heeft me best aangestaan. Ik heb hier inspiratie gevonden voor een paar songs. En ik heb op de Grote Markt flink wat pinten gepakt. Omdat ik er zin in had. Omdat het hier mooi is met al die ouwe gebouwen, en zo. Maar ik ben niet zo dom om niet te weten dat hier evenveel mensen in de soep zitten als bij ons. Het is overal dezelfde rotzooi, jongen. Dat weten we toch. L.A. of Brussel, dat maakt weinig uit. Het is een magere troost, maar het is er een. En bovendien werkt het ook omgekeerd. Vreugdes zijn ook over dezelfde. Wij zijn allemaal dezelfden, jong. Inderdaad. Tot halfvier staat Waits die nacht nog tussen "dezelfden" aan de toog van een caf�. Als wij de zaak verlaten roept hij na : "If you"re ever in L.A., I"m in the Phone-Book". En dat onthouden we. So long, Waits
Notes:
(1) Maar dit is 1976, de laatste dag van mei: verifies "May 31, '76: Beursschouwburg. Brussels/ Belgium". Further reading: Performances
(2) Donderdag, in Amsterdam: verifies "May 27, '76: Amsterdam"